Open mind

Dit najaar komt ons nieuwe boek over Dialoog uit. Het gaat over de 21 Geheimen die ten grondslag liggen aan de dialoog. Een van de 21 Geheimen is het hebben van een open geest. Mediteren is natuurlijk de methode om aan een open geest te werken, maar er valt meer over te zeggen. Hieronder vind je een voorpublicatie van enkele pagina’s uit het boek.

 

Oordelen of toch niet? 

 

Op z’n tijd oordelen is even functioneel als noodzakelijk, maar te snel oordelen is vaak fataal voor een goed gesprek. Door te oordelen stop je met denken en sluit je je af voor nieuwe informatie. Iedereen moet op praktisch, politiek of emotioneel niveau keuzes maken en die keuzes worden gemaakt op basis van oordelen. Het is dus goed en noodzakelijk om te oordelen. Gek genoeg zit diep in onze cultuur ook een sterk taboe op oordelen en dit taboe is waarschijnlijk terug te voeren op een Bijbeltekst, nl. Matteüs 7:1-6 ‘Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt’. De algemene opvatting die hierdoor in de Westerse cultuur lijkt te zijn ontstaan is dat je niet mag oordelen, waarbij oordelen en veroordelen als synoniem worden gezien. Dat terwijl oordelen iets heel anders is dan veroordelen. Veroordelen heeft geen zin, is nutteloos, het is zwart-wit, het is dualistisch. Het is afkeuren en een negatief stempel drukken op iets of iemand, vaak op basis van bewuste en onbewuste aannames en vooroordelen. Oordelen echter is noodzakelijk en goed. Probeer daarbij wel bewust te oordelen, zodat je heldere keuzes maakt, bijvoorbeeld voor de ene politieke partij of voor de andere, voor de ene werkgever of de andere, voor de ene partner of de andere, enzovoorts. Het zijn allemaal keuzes op basis van je oordeel. Het voordeel van het uitstellen van je oordeel is dat je daarmee zo lang mogelijk een open geest houdt, waardoor je uiteindelijke oordeel meer accuraat is. 

 

Oordeel daarom pas als je echt een keuze moet maken. Dan kun je alle actuele info en opties overzien en de beste keuze maken. 

Stel je oordeel uit

De 21 Geheimen zijn, na meerdere versies in onze trainingen te hebben toegepast, inmiddels behoorlijk uitgekristalliseerd en aan sommige, zoals deze over oordelen, hebben we lang gesleuteld. In eerdere versies van dit geheim stond: ‘Oordeel bewust’. De reacties van sommige deelnemers waren af en toe best heftig. ‘Je moet toch juist NIET oordelen?!’ Daarom hebben we dit geheim gewijzigd in ‘Stel je oordeel uit tot je moet kiezen’. Je moet immers wel degelijk vaak oordelen. Je ontkomt er niet aan en wij zijn er feitelijk continu mee bezig. Jij als lezer hebt nu een idee over wat ik schrijf. Dat is een oordeel en daar is niks mis mee. Het is ook een definitiekwestie natuurlijk, waarbij het vooral belangrijk is de woorden ‘veroordelen’ en ‘oordelen’ voldoende uit elkaar te houden. Je moet wel oordelen, maar hoed je voor veroordelen. De Duitse filosofe Hannah Arendt heeft ons culturele probleem met oordelen diepgaand geanalyseerd. Zo schreef ze dat in Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog te veel mensen dachten niet te mogen oordelen en zo kon Hitler lang ongehinderd aan de macht blijven. Haar conclusie is dat we wel degelijk moeten oordelen en zelf verantwoordelijk zijn voor ons oordeel. Oordelen is niet meer dan een beslissing nemen, een keuze maken, en daar is niets mis mee: je moet immers je hele leven lang keuzes maken. Dus veroordeel jezelf niet als je oordeelt, maar oordeel niet te snel, maak niet te snel keuzes. Stel ze zo lang mogelijk uit. Waarom zou je halverwege een verhaal van de ander een oordeel hebben? Stel je oordeel uit, schrijf op wat de ander zegt of maak er mentaal een aantekening van, maar oordeel niet te snel. 

Kiezen

Ik heb dit idee van functioneel uitstellen van oordelen en keuzes in het boek Zen en keuzes maken uitgebreid beschreven: maak geen keuzes als het niet nodig is. Het kost alleen maar tijd en energie en sluit je mogelijk af voor nieuwe informatie en mogelijkheden. In de coronacrisis zag je mensen soms ver vooruitlopen op keuzes die ze mogelijk zouden moeten maken. Men oordeelde over van alles en nog wat, lang voordat er een keuze hoefde te worden gemaakt. Ik herinner me geëmotioneerde ouders die hun kinderen beslist niet wilden laten inenten en zich over de mogelijk ophanden zijnde verplichting heel erg boos en veel zorgen maakten. Door de ontwikkelingen in het virus is het nooit tot die verplichting gekomen en bleken de angsten en zorgen die ze op basis van hun oordeel erover hadden onnodig. 

Bij dit culturele misverstand rond oordelen speelt de eeuwenlange invloed van de kerk als instituut waarschijnlijk een grote rol. Er werd de mensen verteld niet te mogen oordelen, opdat we niet door God veroordeeld zouden worden. De priester was de plaatsvervanger van God en daarmee heeft de kerk zich een monopolie op het oordeel toebedacht wat haar zeer machtig en invloedrijk maakte. Mensen mogen niet oordelen, maar de priester, de kerk, mag dat wel en kan jou zelfs namens God veroordelen. In de wat oudere Bijbelvertalingen uit de jaren ’50, ’60 en ’70 staat nog: ‘Gij zult niet oordelen, opdat gij niet veroordeeld zult worden.’ Dat staat er in de huidige vertalingen niet meer en dat is niet voor niets. Toch zitten we cultureel gezien nog steeds opgezadeld met deze lang gebruikte vertaling en priesterlijke duiding. 

Stel je oordeel uit tot je moet kiezen

We oordelen vrijwel ogenblikkelijk, instinctief haast, als een tweede natuur. Het bewust worden daarvan helpt om het oordeel uit te stellen totdat je moet kiezen. Maar blijf alert, want voordat je het weet, heb je je oordeel er al uitgeflapt. Dan heb je niks gekozen, maar heb je vanuit je onverwerkte emoties of je gewoontes gereageerd en dat is zelden adequaat. Dus: stel je oordeel uit tot je moet kiezen.

MIS NIKS.

MELD JE AAN VOOR ONZE NIEUWSBRIEF